Menu

“Ons eigen belang, ís het belang van de ander” – De verkiezingen (4)

Redactie Theologie.nl





Tegen de achtergrond van de verkiezingen publiceert de Bezieling vijf theologische beschouwingen over politiek van Erik Borgman, in het verlengde van zijn nieuwste boek ‘Leven van wat komt. Een katholiek uitzicht op de samenleving’. Borgman relativeert de maakbaarheid van de samenleving en pleit voor een contemplatieve politiek die ziet wat zich aandient. Politici zouden niet moeten suggereren dat zij voor onze belangen opkomen. Zij zouden moeten inzien dat wij allemaal waardevol en onmisbaar zijn. Politici moeten er alles aan doen om een samenleving te laten ontstaan, die daarvan getuigt.
Door Erik Borgman
“Politiek is steeds meer het speelveld geworden van onze diepste persoonlijke opvattingen”, schreef mijn college-columnist René Grotenhuis vorige week, direct nadat Nederland naar de stembus was gegaan. Hij bedoelde eigenlijk: “onze meest oppervlakkige persoonlijke belangen”, denk ik. De verkiezingen stemden hem treurig. Mij ook. Maar dat komt wat mij betreft toch minder door de kiezers dan door de politieke partijen.
Die partijen hebben tijdens de verkiezingscampagne allemaal geprobeerd de indruk te wekken dat zij hun kiezers op schoot namen. En dat terwijl de kiezers al langere tijd laten weten dat zij zich zorgen maken over de grote vragen die betrekking hebben op de lange termijn. Vragen als: ‘Zijn we nog wel van elkaar?’ En: ‘Wat betekent dat als het met mij even wat slechter gaat?’ Sommigen voelen zich klaarblijkelijk zo in de steek gelaten dat wanneer de aandacht uit gaat naar problemen van anderen, zij uit beeld denken te raken.

‘Vluchtelingen? Mijn zoon kan nu al geen betaalbare huurwoning krijgen en mijn dochter krijgt maar geen hulp voor haar kind!’

Republikeins burgerschap
René Grotenhuis treurt – met vele anderen – om het verval van een bepaalde vorm van politiek. Technisch heet dat ‘het republikeins model’. Volgens dat model moet de burger bij verkiezingen afstand nemen van zijn eigen belang en zich laten leiden door het algemeen gelang. Dat wil zeggen: hij of zij moet kiezen voor de voorstelling van het algemene belang dat politieke partijen haar of hem voorhouden en waarin hij of zij zich herkent. Dit is een poging de hele bevolking tot erfgenaam van de oude aristocratie te maken, de mensen die hun eigen zaken zo goed geregeld hadden dat zij zich met een gerust hart konden toewijden aan de vragen van de gemeenschap.
Om iedereen in deze vorm van burgerschap te kunnen laten delen, zou een samenleving aan drie voorwaarden moeten voldoen. Ten eerste zou de samenleving zo georganiseerd moeten zijn dat iedereen zich veilig en verzorgd kan weten. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst. Immers, wil ik vrij uit de verschillende visies op de toekomst kunnen kiezen, dan moet ik er zeker van kunnen zijn dat mijn directe belangen – eten en drinken, beschutting en veiligheid, een betekenisvol leven in gemeenschap – hoe dan ook zijn veiliggesteld. Ten tweede moet de burger, ondanks deze veiligheid, toch de urgentie voelen om zich druk te maken over de toekomst en daar een visie op te ontwikkelen. En ten derde – daar had ik het al over – moeten politieke partijen burgers op een brede toekomstvisie aanspreken en niet op wat zij geloven dat op korte termijn hun eigen belang is.
Deze laatste voorwaarde staat dus onder druk, maar de eerste en de tweede vormen een haast onmogelijke combinatie. We horen dan ook al decennialang ofwel dat burgers te weinig politiek geïnteresseerd zijn, ofwel dat zij zich door eigenbelang laten leiden.
Onderlinge strijd?
De vooronderstelling van dit republikeinse model is dat belangen per definitie tegengesteld zijn en tot strijd leiden, maar dat aantrekkelijke visies op de toekomst mensen boven hun belangen kunnen uittillen en bij elkaar kunnen brengen. Maar klopt dit wel? Is de bijdrage van de bakker op de hoek aan onze gemeenschappelijke toekomst gelegen in zijn visie daarop? Of ligt die bijdrage in zijn zorg en inzet voor zichzelf en de zijnen door het beste brood van de wereld te bakken en zo te zorgen dat iedereen graag bij hem in de winkel komt? Ik denk het laatste. Door na te denken over wat zijn klanten willen en ze van dienst te zijn, is zij of hij van ons en wij van haar of hem. Juist met het oog op onze meest elementaire belangen – voedsel, huisvesting, zorg, betrokkenheid – zoeken we elkaar op en zo scheppen we onze gezamenlijke toekomst en schept die toekomst ons. Door onze problemen te erkennen en ze met en voor elkaar op te lossen.
Liefde beoefenen
Ik mag graag de middeleeuwse Italiaanse mystica Catharina van Siëna (1347-1380) aanhalen, die Gods wijsheid ziet in het feit dat Hij de vermogens die noodzakelijk zijn om vorm te geven aan het menselijk leven over uiteenlopende mensen heeft verdeeld. In zijn almacht had God ook aan iedereen al het nodige kunnen geven, maar in zijn voorzienigheid wilde God volgens Catharina iedereen afhankelijk maken van een ander,

“zodat jullie gedwongen zouden zijn liefde te beoefenen”.

We leven niet van een politiek visioen, maar van het feit dat wij elkaar nodig hebben om te leven en elkaar daarin ter wille zijn. We leven van het feit dat wij ons herkennen in elkaars verlangen naar een beter leven en elkaar daartoe de ruimte of een zetje geven. We doen dat, omdat wij uit ervaring weten dat wanneer het anderen goed gaat, het ook goed gaat met onszelf. Wij hoeven helemaal geen afstand te nemen van ons eigen belang, we moeten ons weer realiseren wat we eigenlijk al lang weten: dat ons eigen belang het belang van de ander is.
Leven van wat komt
Wij leven van wat komt, van wat wij van elkaar en de wereld om ons heen krijgen en van wat wij elkaar en de wereld om ons heen geven. Wij leven van wat niemand van ons gepland heeft, maar wat zomaar ontstaat en wij vervolgens proberen te behoeden omdat het goed is. Politici zouden vooral duidelijk moeten maken dat zij in ons geloven en ons zo helpen in elkaar te geloven. Zij zouden moeten inzien dat wij allemaal waardevol en onmisbaar zijn, en er alles aan moeten willen doen om een samenleving te laten ontstaan die daarvan getuigt.
Erik Borgman is hoogleraar publieke theologie aan Tilburg University. Zie hier eerdere bijdragen van zijn hand.
 
leven-van-wat-komt_300dpiErik Borgman, Leven van wat komt. Een katholiek uitzicht op de samenleving, Meinema, 192 blz., € 16,95. (Presentatie: 28 maart a.s.)

“Ons eigen belang, ís het belang van de ander” – De verkiezingen (4)

Tegen de achtergrond van de verkiezingen publiceert de Bezieling vijf theologische beschouwingen over politiek van Erik Borgman, in het verlengde van zijn nieuwste boek ‘Leven van wat komt. Een katholiek uitzicht op de samenleving’. Borgman relativeert de maakbaarheid van de samenleving en pleit voor een contemplatieve politiek die ziet wat zich aandient. Politici zouden niet […]

Boekomslag Leven van wat komt van Erik Borgman
Boekomslag Leven van wat komt van Erik Borgman

Nieuwe boeken